De syphonpomper heeft een officiële aanstelling bij de gasfabriek. Dat is in de tijd dat elke stad een gasfabriek heeft, waar ze van kolen het zogenaamde stadsgas maken. Dit gebeurt vroeger eerst in gietijzeren retorten en later in kamerovens. Een dergelijk kamer is 30 cm breed en 3 meter hoog; hij wordt volgestort met gaskolen en luchtdicht afgesloten, er brandt een groot vuur onder, de kolen worden roodgloeiend opgestookt en op die manier wordt het gas eraan onttrokken. Wat overblijft is cokes, die weer wordt gebruikt door de mensen in hun kolenkachels.

 

Het gas wordt gezuiverd van teer, zwavel en ammoniak en opgeslagen in een gashouder. Dit stadsgas bevat ook waterdamp, dat condenseert tot water in de gietijzeren buizen, die in de grond liggen. De gasbuizen worden op afschot gelegd, zodat het water naar de grote gietijzeren potten loopt, die syphons worden genoemd. Dat water moet eruit worden gepompt, anders lopen de syphons over en het water de gasleidingen in. Dan roept men "de gasleiding is verzopen" en zitten hele straten zonder gas.

 

Dit leegpompen is de taak van de syphonpomper. Hij heeft een zwengelpomp, die men vroeger ook op boerenerven ziet. Met die pomp achter op zijn dienstfiets rijdt hij door de stad om overal het water uit de syphons te pompen. In bijvoorbeeld Gouda, waar de grond uit een dikke laag veen bestaat, komen door verzakking nog al eens lekke buisverbindingen voor, zodat het grondwater in het buizenstelsel loopt naar de syphons. Dit moet er dan wel twee maal daags uitgepompt worden om te voorkomen dat hele wijken zonder gas komen te zitten. Dus ook op alle zon- en feestdagen! In de winter is dat 'zuinig' werk en de syphonpomper wordt ondanks zijn nuttige werk ondergewaardeerd en slecht betaald. Maar hij kan echt niet worden gemist!

 

Nog iets over de gashouders. In alle steden hebben vroeger grote gashouders gestaan, die het stadsbeeld sieren of, zo je wilt, ontsieren. Als een dergelijk gashouder gebouwd wordt, is dat een hele onderneming en als hij klaar is, moet er dus gas in. Maar dan moet eerst de lucht eruit. Boven op de gashouder zit een rond deksel met bouten. Deze worden losgedraaid en langzaam gaat men het stadsgas erin pompen om zo de lucht via het geopende deksel te verdrijven. Wanneer is de houder nu geheel gevuld met gas? Een mengsel van gas en lucht is zeer explosief. Hoe wordt zoiets gemeten? Geavanceerde meetapparatuur bestaat in die dagen nog niet. De oplossing is heel eenvoudig: men neemt een kip, bindt een touwtje aan zijn poot en hangt die kip in het open deksel van de gashouder. Zo lang zij heen en weer fladder, zit er nog lucht in; als zij met gestrekte pootjes stil hangt, is de houder geheel gevuld met gas. Dan wordt het deksel er weer opgeschroefd en neemt de stoker de dode kip mee naar huis om die 's avonds met zijn gezin op te eten. De dierenbescherming bestaat in die tijd nog niet, laat staan een politieke partij voor de dieren. Nu zullen er ongetwijfeld Kamervragen worden gesteld!

 

Aan het eind van de vorige eeuw en ook nog nu zijn verschillende plaatsen bezig om de grond onder de voormalige gasfabrieken te zuiveren van ongerechtigheden. Op 24 febr. 2009 schrijft een van de redacteuren van 'De Erfgoedstem': "De voormalige, bijna honderd jaar oude gasfabriek in Bedum kan behouden blijven als industrieel monument. Sterker, restauratie en hergebruik is zelfs goedkoper dan slopen. Deze boodschap kwam vandaag naar buiten via de organisaties die zich sterk maken voor behoud van dit historisch erfgoed: de Bond Heemschut, stichting Stichting Industrieel Erfgoed Noord-Nederland en de lokale organisaties Beemer Aarfgoud, de historische vereniging en Algemeen Plaatselijk Belang". Hier wordt niet bedoeld dat de fabriek blijft bestaan, deze zijn al lange tijd volledige ontmanteld. Wel gaat het hierbij om een deel van de gebouwen.

 

Bedum, Gasfabriek in ruste.

 

Foto links:

 

Aan het Boterdiep in Bedum staat een van de meest gaaf bewaard gebleven gasfabrieken in de provincie. Het complex, bestaande uit een zuiveringshuis, ketelhuis en directeursvilla wordt in 1910 gebouwd in jugendstilstijl naar een ontwerp van architect J.A,Reyers uit Kampen.

Nadat men in 1955 overgaat op de productie van propaangas is de gasfabriek verkocht aan een bedrijf dat chemische bouwstoffen maakt. In 1985 is het complex verkocht aan elektriciteitsmaatschappij EDON. In de jaren zestig worden de twee gashouders gesloopt.

De fabrieksgebouwen zijn opgetrokken in rode baksteen, onderbroken door sierbanden in gele steen. De ingangspartijen in de voorgevel hebben een rondboogvorm.

De SIEN-N heeft in 2001 een beschermingsprocedure gestart om de gebouwen van de bedumer gasfabriek op de rijksmonumentenlijst te plaatsen.

 



In samenwerking met een architectenbureau worden plannen ontwikkeld om het complex te restaureren en een nieuwe bestemming te geven. Een hinderpaal hierbij vormt de ernstige bodemverontreiniging die bij het complex is gesignaleerd. De gemeente Bedum wil het complex slopen om daarna de bodemverontreiniging te kunnen saneren.

Gasfabriek te Appingedam

Foto links:

 

In 1905 wordt in Appingedam de N.V. Gasfabriek De Tip opgericht, gebouwd door de firma Carl Francke uit Bremen. Tot 1909 is ook de helft van de aandelen in handen van dit Duitse bedrijf, maar de gemeente Appingedam wil de volledige zeggenschap over de gasfabriek en koopt in dat jaar de aandelen over. In 1958 wordt het terrein verlaten. Enkele gebouwen worden gesloopt maar een aantal staat er nog steeds, waaronder het gasfabriekgebouw, de schoorsteen en de directeurswoning

Gasfabriek Sappemeer omstreeks 1919.

Foto links:

 

Gasfabriek te Sappemeer omstreeks 1919.

Gasfabriek Sappemeer

Foto links:

 

Gasfabriek te Sappemeer. Sappemeer met de gemeentelijke gasfabriek aan de Parkstraat in 1949. Met de ontdekking van het Slochter aardgas is de productie van stadsgas uit steenkool in de zestiger jaren van de voorgaande eeuw beëindigd. Na afbraak van de fabriek bleek het terrein sterk vervuild te zijn.

Groningen, restanten gasfabriek.

Foto links:

Enkele restanten van de gasfabriek te Groningen.

 

 

Terrein oude gasfabriek Pekela alsnog gesaneerd
Maandag 15 september `08

Het terrein van de voormalige gasfabriek in Oude Pekela wordt na een kwart eeuw alsnog gesaneerd.

De bodem rondom de fabriek is zwaar vervuild, maar tot nu toe wilde niemand de portemonnee trekken voor de schoonmaakklus. In de tijd dat Oude Pekela nog een zelfstandige gemeente was, kostte de sanering tien miljoen gulden. Aangezien ze toen een artikel 12-gemeente was, kon Oude Pekela dit niet betalen. Nu is de sanering onderdeel gemaakt van een groter project en kost de schoonmaakbeurt drie miljoen euro. Dit bedrag wordt gedeeld door de gemeente, de provincie en het Rijk.


Deze week is Oosterhof Holman Milieutechniek begonnen aan deze omvangrijke klus (red.).

Bron: RTV Noord - 15 sept. 2008

 

 

Sanering voormalige locatie gasfabriek afgerond
Vrijdag 19 februari 2010

Met het in gang zetten van het grondwatersaneringsproject is vrijdag op symbolische wijze de sanering van de gronden op de voormalige gasfabriekslocatie aan de Gaslaan in Oude Pekela afgerond.

 

Het startsein daarvoor werd op 12 september 2008 gegeven door gedeputeerde Rudie Slager. Hij deed ook de bijbehorende handeling ter afsluiting van het grootschalige project.

 

Met de eerste onderzoeken naar de omvang van de vervuiling van de gasfabriek werd al in 1984 gestart. Toen werd gedacht dat de saneringsklus voor anderhalve ton (in guldens) zou kunnen worden geklaard. Die kosten liepen later op tot tien miljoen euro. Uiteindelijk bedroegen de kosten zo’n 3.500.000 euro inclusief het aangrenzende terrein van Essent.


Het saneringproject werd onderdeel van het Masterplan Bedrijventerrein West, dat behalve in de sanering van de gaslocatie ook voorzag in de aanleg van een nieuwe rotonde in de N367, revitalisering van het bestaande Bedrijventerrein West en de aanleg van een nieuw Bedrijventerrein West. Door samenvoeging van al deze projecten in één groot plan zouden synergie-effecten ontstaan en konden financiële voordelen worden gehaald.

 In het kader van de revitalisering werden nieuwe ontsluitingswegen aangelegd en werd riolering aangebracht voor de bestaande bedrijven. Ook werden oude wijkstructuren hersteld en waterpartijen gecreëerd. Bovendien werd ten behoeve van de verkeersveiligheid een fietspad aangelegd. Het geheel werd mede gefinancierd door een forse rijksbijdrage uit de WBB-gelden (sanering gasfabriek) en de bijdrage van 955.000 euro uit de kas van de provincie.

 

De sanering van de voormalige gasfabriek is uitgevoerd door Oosterhof Holman Milieutechniek, de revitalisering en aanleg van de bedrijventerreinen door Oosterhof Holman Infra (red.). 

 

Bronnen:
Pekelder Streekblad - 17 febr. 2010

NGV, NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING, afdelingsblad Oostelijk West-Friesland, Koggenland 2009/3-4 Jan Spruijt.



Aan bovenstaande tekst is de uiterste zorgvuldigheid besteed. Desondanks kunnen er best fouten

voorkomen. Constateer je fouten en/of heb je vragen, correcties, aanvullingen...

geef die dan even aan mij door via mijn E-mail adres.

Hoogeveen, 26 febr. 2010
© Harm Hillinga.

 

HomePage
Menu Artikels